Ecco Homo

1997
Alblasserdam

Het bronzen portret stamt uit een ver verleden, zowel de mythische voorstelling als het maken ervan.
Ik heb het En profil gebouwd uit lagen platte houten plankjes, zoals een grove MRI scan.
Een dwarsdoorsnede, op het breedste punt van het gezicht, beginnend bij neus en knot, langzaam oplopend , versmallend,  tot enkel nog het oor.
De stalen staven zijn een herhaling van die opgebouwde lagen.
In de holle achterkant van het brons, staat een tekst van Vondel, uit Lucifer: ‘waar zijn wij toe gekomen’.
Als drager van vuurwerk-lont heeft het geheel in 1997 gediend als fakkel, bij de opening van de tentoonstelling ‘Ecce Homo’ bij de Hazelaar in Soest.
De houten kop vlamde vuurrood door de stalen baleinen heen, maar bleef toch nog zo mooi in tact, dat ik hem afgegoten heb.
Toen ik het brons voor het eerst opstelde en het En face bekeek, ontwaarde ik volledig onverwacht de helft van mijn eigen gezicht.
In elk portret wat je maakt sluimert eigenlijk altijd wel je eigen kop...
Maar dat het uit plankjes opgebouwd, onder een compleet andere hoek er toch nog in sluipt, vind ik onvoorstelbaar.

Vanaf 2011 staat het beeld bij de Brandweerkazerne aan de Dam in Alblasserdam krijgt 'in de fik gestoken kunstwerk'

Het kunstwerk mag dan wel niet speciaal voor de brandweerkazerne gemaakt
zijn, toch past ‘Ecco Homo’ gezien de tekst en het oorspronkelijk doel goed
bij de kazerne. Maar er is nog meer: “Het stalen masker weerhoudt de
vlammen. Daardoor is het kunstwerk niet op gefikt. En zo beschermt ook de
brandweer de mensen tegen vuur,” aldus Verkaaik.

Meer werk...